Stadsuitbreidingen in de 16e
en 17e eeuw
In het midden van de 16e
eeuw was Rotterdam een kleine stad, ook voor de
verhoudingen van die tijd. Binnen destadsmuren woonden
slechts 7.000 mensen, terwijl andere steden als Amsterdam
(30.000), Leiden (12.000), Delft (14.000) en Dordrecht
(11.000) in die tijdaanmerkelijk groter waren. De stad
strekte zich in die tijd uit tot de driehoek die gevormd
wordt door de (tegenwoordige) Goudsesingel, Coolsingel
enBlaak/Groenendaal. De stad had een vijftal stadspoorten:
Oostpoort (nu Oostplein), Schiedamse Poort (nu
Churchillplein?), Delftse Poort (nu Hofplein),Goudse Poort
en de Hood-of Laurenspoort (nabij Oude Haven).
Belangrijkste straat was de Hoogstraat, die de Schiedamse
Poort en de Oostpoort verbond en deeluitmaakte van de
Schielandse Hoge Zeedijk.
Blaak en Leuve waren twee
rivierarmpjes die gevoed door de Rotte om een "gors" (een
aangeslibt eiland, dat alleeneb droogviel) in de Nieuwe
Maas stroomden.
Rond 1568 braken de troebelen
uit die zouden uitgroeien tot de opstand tegen Spanje
ofwel, de Tachtigjarige Oorlog. Rond 1572raakte Rotterdam
sterk betrokken in de perikelen. Op 1 april dat jaar namen
de geuzen Den Briel in. Spaanse pogingen om de stad te
heroveren liepen(letterlijk) schipbreuk en de Spaanse
troepen trokken zich in zuidelijke richting terug. De
geuzen namen de gelegenheid te baat om 7 april Delfshaven
inte nemen. Een poging om Rotterdam binnen te vallen werd
een fiasco. Twee dagen later kwamen Spaanse troepen
Rotterdam versterken. Door misverstanden liep ditop een
bloedbad uit. De Spanjaarden verdreven de geuzen uit
Delfshaven. Op 15 juni trokken de Spanjaarden zich terug.
Op 25 juli koos de stad definitief dezijde van de opstand.
De gebeurtenissen gaven voldoende aanleiding voor de stad
om over haar defensie na te denken. Het was duidelijk dat
de stad en de havenonvoldoende verdedigbaar was. In 1574
kwam er een uitbreidingsplan, ingegeven
door
militaire overwegingen en diende: "... tot bescherminghe
enbewaernisse vande schepen ende goederen, die aldaer
havenen ende negotieren". Ruimtegebrek was er binnen de
bestaande stad in het geheelniet! Men wilde eigenlijk de
stad uitbreiden tot aan de maasoever van het gebied ten
westen van de Leuve tot aan de Oostpoort. Daar was echter
geen geld voor.Men besloot tot versteviging van bestaande
omwallingen en met name die aan de rivierzijde. Erg snel
ging het allemaal niet vooral toen de directe
dreigingafnam. Tussen 1577 en 1593 werden Blaak en Nieuwe
Haven tot haven vergraven en schoof de verdedigingslinie
op richting rivier. De uitgifte van grond in denieuwe
stadsdelen liep echter niet hard, waarschijnlijk vanwege
het politiek onzekere klimaat. Tussen 1594 en 1616 besluit
de
Rotterdamse Vroedschap om de stad tot aan de rivier uit te
breiden. Dit keer niet om militaire redenen, maarom
commerciële. De haven- en handelsactiviteiten werden
belangrijker en Rotterdam vond het tijd om te investeren
in haar haveninfrastructuur. Zoontstonden nieuwe havens
zoals het Haringvliet (1593) en de Wijnhaven, Glashaven,
Bierhaven en Scheepmakershaven (vanaf 1609) in het gebied
waar eensde gors lag. Ook de Leuve werd tot haven
gegraven. De Boompjes werd de nieuwe buitenkant van de
stad naar de rivier aanvankelijk voor scheepswerven.
Laterwerden die buiten de stad gevestigd en werd de
Boompjes een voornaam woon- en handelsgebied, met een
kantoor van de VOC (1699) en een synagoge (1725)
(beidenverwoest in 1940).
Zo ontstond een Waterstad, met
andere economische activiteiten dan de Landstad. Hier
concentreerde zich de scheepsbouwen de buitenlandse
handel, terwijl de activiteiten in de Landstad meer
pre-industrieel en ambachtelijk van aard waren. De
waterstad kwam, integenstelling tot de landstad, bij
extreem hoogwater onderwater te staan.
Doordat de stad in 1719
verordonneerde, dat er geen woningbouw in de nabije
omgeving van de stadsvesten
plaatsvond(bedrijfsactiviteiten waren wel toegestaan),
vonden na de inrichting van de waterstad geen
stadsuitbreidingen meer plaats tot het begin van de 19e
eeuw.
In de Tweede Wereldoorlog werd
Waterstad volledig verwoest. Eind jaren zeventig werd een
begingemaakt met het opnieuw inrichten van het gebied.
Rond de oude haven is een uitgaansgebied ontstaan met veel
terassen café's en restaurants. De woningbouwis
kleinschalig met als grote verrassing de kubuswoningen
over de Blaak. Aan het begin van de Wijnhaven staan (nog
of weer) een aantal koopmanshuizen ennatuurlijk het Witte
Huis. De haven zelf doet dienst als maritiem
openluchtmuseum. Ook rond de Leuvehaven zijn veel
maritiema activiteiten. Hierstaat het Maritiem Museum en
ernaast het Maritiem Buitenmuseum. De kade van de
Leuvehaven is de zgn Walk of Fame. Beroemdheden uit de
showbizz die op bezoekzijn in Rotterdam hebben hier een
afdruk van hun handen en/of voeten achtergelaten. Op
zondagen is hier een vlooienmarkt.
|